Soms liggen de onjuiste spaties gewoon op straat. Je zou er bijna over struikelen. Zoals hier in Delft. Aan de kop van de Binnenwatersloot is een plekje gereserveerd voor bestelwagens die moeten laden en lossen. Dat is ooit op vakkundige wijze met beletterde tegels in de straat aangegeven. Maar dat 'vakkundig' slaat alleen op de manier waarop de tegels in een mooie boog tussen het kruis door in de straat zijn aangebracht, want taalkundig is er wel wat op aan te merken.
Een paar lettertegels hebben de tand des tijds niet doorstaan en zijn vervangen door gewone tegels. "..AD EN ... PLAATS" staat er tegenwoordig. Je hoeft geen doorgewinterde puzzelaar te zijn om te zien daar daar ooit "LAAD EN LOS PLAATS" heeft gestaan. En dat klopt zo natuurlijk niet. Dat een losplaats een plaats om te lossen is, wil nog niet zeggen dat je het ook los moet schrijven. Een plaats om te lossen is een 'losplaats'. En een plaats om te laden is een 'laadplaats'.
En nu wordt het lastig. Want hoe heet het als je een plaats hebt om te laden en te lossen? Is dat een 'laad- en losplaats' of een 'laad-en-losplaats'? Voor allebei is wat te zeggen, maar er is wel een klein betekenisverschil. Een 'laad- en losplaats' is een samentrekking van 'laadplaats' en 'losplaats'. In dat geval ligt de nadruk niet zozeer op de handeling van het laden en lossen, maar meer op het laden en lossen als afzonderlijke handelingen. Als de plaats is bedoeld om te laden en lossen, dan kun je het beter hebben over een 'laad-en-losplaats'. Zo kun je het ook hebben over 'knip-en-plakwerk' en een 'verdeel-en-heersstrategie'.